Trudi Voskuilen verbeeldt het verleden van Huizen.
Trudi Voskuilen verbeeldt het verleden van Huizen. Foto: Bob Awick

Beelden Huizer historie

Trudi Voskuilen is schilder en beeldend kunstenaar. Ze heeft een atelier aan de Energieweg waar ze boetseert met chamotte klei waarvan ze vervolgens beelden maakt. 

Ze specialiseert zich in beelden van de Huizer historie. Schilderen doet ze thuis of op een locatie in Blaricum. Daarnaast maakt ze ronde miniatuurschilderijen, die het heel goed doen. Trudi Voskuilen besteedt gemiddeld 20 uur per week aan haar werk. Van de opbrengst kan ze niet leven. Sinds 2013 maakt ze kunst.

Over haar schilderijen, vertelt ze: “Op dit moment ben ik bezig met portretten van inheemse inwoners van Amerika. Wat me fascineert aan die portretten, is het feit dat die mensen ondanks het feit dat ze door de Amerikaanse overheid zijn belogen, altijd nog een ontzettende trots uitstralen. Dat zie je aan de manier waarop ze in de lens kijken.” 

“Ik kocht een boek van de fotograaf en etnoloog Edward Sheriff Curtis die in de 19e eeuw in de Verenigde Staten op pad ging, alle stammen bezocht, bevriend raakte, het vertrouwen won en vervolgens ging fotograferen. Na zijn dood zijn er 14 grote boeken van zijn werk gepubliceerd. Ik kocht een boek met daarin zijn exerpten en vond mooie portretten waarbij er een goede combinatie is van donker en licht. Je zou kunnen zeggen: een mengeling van het Caravaggio- en Rembrandteffect.”

Origineel

Spelen met donker en licht geeft een extra dimensie aan een portret en de manier waarop Trudi Voskuilen dat op het doek kan zetten. Het portret springt er dan extra uit. De foto’s zijn zwart-wit, maar de Huizer kunstenaar vertaalt die in kleur, soms ook in sepia. Voor elke kunstenaar is het belangrijk om origineel te zijn. “Weinigen doen het op mijn manier. Ik portretteer het opperhoofd, de vrouwen en meisjes. Aan deze schilderijen werk ik in ’t Atelier in Blaricum en ik word daarbij gecoacht door Marcelle Schoenmaker. We werken daar in groepsverband.”

Trudi’s beelden en schilderijen, vertolken de Huizer historie. Bij de vervaardiging daarvan wordt ze niet gecoacht. “Ik maak beelden van taatjes en nennes in Huizer klederdracht en ook van de meisjes die er vroeger zo schitterend uitzagen.”

‘Ik moet het echt van Huizen hebben’

“Ik vind het zonde dat alleen op hoogtijdagen Huizer klederdracht in ons dorp te zien is. Hier wil ik wat meer aan doen. Het is belangrijk om de geschiedenis van Huizen levend te houden. Voor corona stond ik vaak op braderieën als de Erfgooiersdag, de Havendagen en de Huizerdag. Ik moet het echt van Huizen hebben.”

“In het dorp zijn er een aantal verzamelaars van mijn beelden, maar ze staan ook in Canada en bij een Nederlander die in Polen woont. Verder vind je ze in het Huizer Museum. Daarnaast heb ik geëxposeerd in het gemeentehuis, wijkcentrum de Draaikom en in wijkcentrum ‘t Vûronger hingen mijn schilderijen. In mijn atelier staat er ook werk in verschillende vitrines.”

Naast de beelden, vertonen ook haar schilderijen Huizers in klederdracht. Op een aantal schilderijen is op de achtergrond de Oude Haven met botters te zien. “Ik ben niet zo erg van de landschappen. Mijn werk is gericht op het tijdsbepalende beeld dat tot uiting komt in de kleding.”

Ondanks de lockdown blijven kunstenaars produceren met als gevolg dat ze veel voorraad hebben. “Hopelijk kan ik binnenkort weer in de openbaarheid treden om mijn werk te laten zien. Exposeren heeft op dit moment weinig zin want er komen vanwege corona maar weinig mensen naar exposities.”

Vervaardiging

Voor het vervaardigen van de beelden gebruikt ze chamotte klei. “Daar boetseer ik de beelden van. Als het klaar is en ik ben tevreden, moet de klei eerst drogen wat gemiddeld drie tot vier weken duurt. Dan gaat het in de oven en wordt biscuit gebakken. Vervolgens ga ik glazuren. Glazuur is vloeibaar materiaal wat je opbrengt in een aantal lagen met behulp van een kwast.”

“Het moet goed indrogen. Dan gaat het beeld weer in de oven en wordt opnieuw gebakken. Het is altijd spannend hoe het uit de oven komt omdat de diverse kleuren verschillend op elkaar reageren. Pas dan is het beeld af. Bij glazuur heb je de keuze tussen glanzend en mat. Glazuur is een glasachtige substantie, die vergelijkbaar is met emailleren. Het vloeit in elkaar over en dan verschijnt de kleur die je op hebt gebracht.”

“Wanneer ik schilder, breng ik eerst op het doek de grondlaag aan. Daarna bepaal ik wat ik wil gaan schilderen en begin ik met schetsen met potlood, houtskool of waterverf. Dan werk ik laag over laag om de schildering op te brengen. Eerst grof schetsend en dan al verfijnder kom je tot het resultaat dat je wilt hebben. Ik werk altijd met acrylverf.”

Stijl

De portretten die Trudi Voskuilen maakt, zijn impressionistisch. Met grote streken bereikt ze wat ze wil. “Ik ben geen fijnschilder. Met het schilderen van de Huizer historie werk ik wel verfijnder en gebruik ik kleine kwasten.”

Haar beelden zijn realistisch. Ze zijn aangepast aan wat je met klei kunt doen. Met de pofmouwen moet ze een beetje spelen. “Ik probeer zo veel mogelijk de werkelijkheid te benaderen. Met name met de kappen, die zo apart zijn geweest in het straatbeeld. Ze waren lastig na te maken, maar ik heb er wel handigheid in gekregen.” 

Inspiratie

Het levend houden van wat ooit was en wat nooit meer terugkomt, is een belangrijke inspiratiebron voor Trudi Voskuilen. Het portretteren van inheemse Amerikanen doet ze vanuit een intens gevoel van medeleven. 

Naast al deze bezigheden geeft ze ook schilderworkshops in de Huizer winkel Art Supplies waar allerlei schilder- en tekenmateriaal wordt verkocht. “De eigenaresse besloot in haar winkel workshops te organiseren waarvan ik er een paar heb gegeven aan mensen die meestal geen ervaring hadden. Dat was erg leuk om te doen. Ze gingen desondanks met een mooi schilderij naar huis.”

Dringende wens

“Kunstenaars moeten weer los richting publiek; er moet weer wat voor hen worden georganiseerd. Huizen moet inzien dat kunst belangrijk is voor de mens. Het is mijn dringende wens dat de gemeente kunstenaars de mogelijkheid biedt zich zichtbaar te maken. Op dit moment staan veel winkelpanden leeg.”

“Hoe mooi zou het zijn om kunstenaars aan te bieden in de etalage van zo’n leegstaand pand hun werk te tonen tot er weer een huurder is. Dan snijdt het mes aan heel veel kanten: er staat iets leuks in de vitrine, het pand krijgt een functie, het publiek kan ervan genieten en de kunstenaars kunnen hun werk laten zien.”